Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Hoorn (stad)

betekenis & definitie

Hoorn (stad) - 1) gem. in Nd.-Holl. (Drechterland), groot 667 H.A. (alles zeeklei) met 12.000 inwoners. De gem. bevat de stad H. benevens eenige verspreide boerderijen. De stad telt ruim 10.000 zielen en was eens (in de 15e eeuw; vgl. Velius, Kroniek van Hoorn) de drukste en rijkste koopstad van Holland, waaraan nog vele gebouwen en huizen herinneren, die beroemd zijn om hun architectuur, o. a. de Waag, eenige jaren geleden gerestaureerd; het WestFriesch Museum, eveneens gerestaureerd, en tevens Kantongerecht; het bevat o. a. twee portretten van J. P. Coen en zijn vrouw, door een onbekend gebleven schilder gepenseeld; St.

Jans Gasthuis, thans militair kleedingmagazijn; ’t Stadhuis, de Hoofdtoren bij de Haven; de Oosterpoort, beide uit de 16e eeuw; de Bossuhuisjes: eenige zeer oude, gedeeltelijk gerestaureerde huisjes aan de Slapershaven, met bijzonder groote gevelsteenen, waarop de slag op de Zuiderzee is afgebeeld; ’t Herv. Weeshuis; een groote gevelsteen herinnert aan het feit, dat Bossu hier 3 jaren in dit gebouw (toen als prison gebruikt) gevangen zat; op ’t stadhuis bewaart men nog den gouden beker van Bossu. In de Muntstraat staat een oud gebouw, dat oorspronkelijk het Oost-Indisch Huis was, met het bekende monogram V. O. C. (Vereen. O.-Indische Compagnie) in den gevel; later werd het Latijnsche school en daarna H. B. School; thans is de R. H. B. S. even buiten de stad gebouwd. H. bezit verder een ambachtsschool, een Rijks Tuinbouwwinterschool, een Vakschool voor meisjes en een standbeeld voor J. P. Coen, die hierin 1587 geboren werd; het is vervaardigd door Ferd. Leenhoff en in 1893 onthuld. — Hoewel H. door de verzanding der haven zijn eens zoo bloeienden handel zag verloopen, is het in de laatste jaren weer herleefd, vooral door de opening van de spoorlijn Enkhuizen—Purmerend—Amsterdam en de lijnen naar Medemblik en Alkmaar, terwijl 2 tramlijnen de stad met de Streekdorpen, enz. verbinden.

Zeer belangrijk is haar kaashandel en niet minder bekend zijn haar veemarkten, o. a. de groote najaarsmarkt in de le helft van Nov. en de Scheimarkt, 14 dagen later. Verder is de zaadmarkt beroemd, (erwten, boonen, granen, tuinzaden, enz.). Ook heeft de stad aanzienlijke schapen- en varkensmarkten, terwijl eveneens de botermarkt genoemd mag worden.— Op ’t gebied van industrie moet in de eerste plaats die van goud- en zilverwerken genoemd worden. Reeds bij de ontluiking als handelsstad worden er beroemde kunstgoudsmeden vermeld, zooals in ’t begin der 16e eeuw de gebr. Pieter en Gerbrand Dirksz, die zelfs door den koning van Denemarken ontboden werden; thans zijn het vooral de firma’s Roozendaal, benevens tal van kleine zaken. Als juweliers zijn bekend de firma’s Van Duinen en Zeehandelaar. Een zeer voorname plaats bekleedt Hoorn als winkelstad voor de dicht bevolkte omstreken met haar rijke dorpen, waarom men zegt, dat H. niet 12.000 maar 50.000 inw. heeft; het overtreft in prachtige winkels verre bijv. het grootere Alkmaar.— Nog dient vermeld de groote fabriek voor gecondenseerde melk (met uitvoer naar ’t buitenland), de boterfabriek, de electr. houtdraaierij (houtwerk voor de zuivelproducten), en de fabriek voor metaalwaren van de firma G. Scholten.

De stad wordt in 1311 voor het eerst vermeld. Zij heeft een woelig verleden, o. a. in 1491 de opstand van ’t Kaas- en Broodvolk; in 1572 het Geusworden; in 1573 de zeeslag waarbij Bossu gevangen werd; in 1787 botsingen tusschen de Patriotten en Prinsgezinden; in 1799 overrompeling door den Eng. Generaal Abercromby. In den Franschen tijd ging zij snel achteruit, zoodat 200 huizen gesloopt werden.

2) of OostTerschelling, dorp op ’t eil. Terschelling (ongeveer in het midden) met 300 inw., die in landbouw, veeteelt en visscherij een bestaan vinden.
3) of Den Hoorn, dorp op ’t eil. Texel, in ’t Z., vlak tegen de duinen met 550 inw., die veel aan schapenteelt en landbouw (zandgrond) doen.
4) of Den Hoorn, dorp in de Groningsche gem. Leens, 1/2 uur ten O. daarvan, aan de tramlijn Ulrum—Winsum; het telt 200 inw., wier hoofdbedrijf landbouw (op kleigrond) is.

< >