Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Hodges (charles howard)

betekenis & definitie

Hodges (charles howard) - geb. te Londen 1764, gest. te Amsterdam 1837. Engelsch schilder en prentkunstenaar (ook van zwarte kunstprenten). Sedert 1788 is hij werkzaam in Amsterdam en in Den Haag. H. is de portretschilder van het Keizerrijk.

Hij is de voortzetting der groote 18e-eeuwsche Engelsche portrettisten, waarvan hij niemand wist te evenaren, evenwel het meest den stijl van Thomas Lawrence nabijkwam. Uit Engeland bracht hij mede dien goeden smaak voor het ietwat geflatteerde, altijd zeer gedistingeerde portret, waarmede hij zoozeer het publiek wist te behagen. Inderdaad ziet men zijn schilderijen gaarne, ze hebben een blank koloriet, zijn steeds met zorg en soepel geschilderd en missen geensdeels een zekeren voornamen stijl. De bekendste portretten, die Hodges maakte, zijn die van de tooneelspeelster Mevrouw Ziesenis-Wattier en van Mevrouw Fraser; later schilderde hij nog de portretten van Koning Willem I en van den Raadpensionaris Schimmelpenninck. Ook zijn zwarte kunstprenten zijn bekend, o. a. vervaardigde hij op deze wijze een reproductie van Rembrandt’s Scheepsbouwmeester (thans in het museum te Londen). Een school heeft H. niet gevormd; de Hollandsche aard scheen zich toch niet aan dezen stijl aan te passen.

Zijn leerling en wellicht de eenige voortzetter van zijn kunst is Cornelis Kruseman; maar toch mist deze kunstenaar reeds dadelijk de distinctie die H. eigen was. Pieneman schildert in zijn trant en nader nog staat hem J. A. Kruseman den neef van Cornelis Kruseman. Schilderijen van H. zijn aanwezig in de musea te Amsterdam en te Haarlem. Opgave zijner prenten bij Wurzbach, Niederl. Künstlerlexikon. Litt.: G. H. Marius, De Hollandsche schilderkunst in de 19e eeuw.

< >