Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Heyse

betekenis & definitie

Heyse - (Paul), bekend Duitsch schrijver, 1830—1914, wiens zeer talrijke novellen in vers en proza eens zeer bewonderd werden ; zij zijn kleurig en bevallig en met groote kunst geschreven, maar verouderen snel door hun meer bedachten dan doorvoelden inhoud. De bekendste ervan zijn : L' Arrabiata (1853), Der Weinhüter von Meran (1864), Die Stickerin von Treviso, Der letzte Centaur (1871), Das Glück von Rothenburg (1881), Unvergeszbare Worte (1883), enz. in proza en Die Braut von Cypern (1856), Die Furie en Der Salamander (1867) in verzen. Voor den roman : Kinder der Welt (1873), lm Paradiese (1875), e. a. ontbreekt H. de gave der krachtige karakterteekening, evenals voor het drama ; hoewel zijn vele tooneelstukken vol fijne, dichterlijke bijzonderheden zijn, hadden zij weinig succes ; toch zijn Hans Lange (1864), Colberg (1865), Ehrenschulden (1882) en Die Weisheit Salomos (1887) niet onverdienstelijk. Het hoogst staat H. als lyr. dichter ; slechts op dit gebied gaat zijn onovertroffen verskunst gepaard met een werkelijk diepgevoelden inhoud, die den stempel der echte kunst draagt ; heel mooi zijn b.v. de aangrijpende Kindertotenlieder, deäadchenlieder, Üeber ein Stündlein, Slimme der Nacht, de Episteln an Personen, de Diehterprofile en de Bismarcklieder.

< >