Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Heusde

betekenis & definitie

Heusde - (Philip Willem van), Nederl. philoloog, 1778—1839, sedert 1804 hoogleeraar in de welsprekendheid en de geschiedenis te Utrecht. Hij heeft zich vooral verdienstelijk gemaakt ten opzichte van Plato en publiceerde: Specimen criticum in Platonem (Leiden 1803), Initia philosophiae Platonicae (3 dln., Utrecht 1827— 36, 2de dr., 1 dl., Leiden 1842), De Socratische school (4 dln., ald. 1834—39, 3de dr. 1860), Characterismi principum philosophorum veterum (Amsterd. 1839). Voorts: Brieven over den aard en de strekking van het hooger onderwijs (Utrecht 1829, 4de dr. 1857) en De school van Polyhius (nagelaten, Amsterd. 1841).

Vergeh Rovers, Memoria Heusdii (Utr. 1841), id., Wie was Ph. W. van Heusde ? (ald. 1875).

< >