Gumppenberg - (Hans vou), Duitsch dichter, geb. in 1866, schreef behalve mooie gedichten : Aus meinem lyr. Tagebuch (1906) en Schauen und Sinnen (1912), zeer verdienstelijke, ernstige en vroolijke tOoneelstukken: Der Messias (1890), Alles und Nichts (1894), Die Minnekönigin (1894), Der ersle Hofnarr (1899), Die Verdammten (1901), König Heinrich I (1904), König Konrad I (1904), enz.; bovendien geestige parodieën op lyr. jen dramat. gebied : Teutsches Dichterrosz in allen Gangarten vorgeritten (1901), Überdramen (1902), enz.
Gundelfinger(Siegmund), 1846—1910, Duitsch wiskundige, bekend door zijn onderzoekingen betreffende de invarianten-theorie* van algebraïsche vormen en de theorie der kegelsneden*. Vorlesungen aus der analytischen Geometrie der Kegelschnitte, uitgeg. door F. Dingeldey, Leipzig 1895.
Günderode (Karoline von), Duitsche dichteres, 1780—1806, wier Gedichte und Phantasien (1804) en Poëtische Fragmente (1805) van een groot talent getuigen, dat echter door haar vroegen, vrijwilligen dood niet tot volle ontwikkeling kwam.
