Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Gram (johan M. J.)

betekenis & definitie

Gram (johan M. J.) - Nederl. letterkundige, geb. 25 April 1833 te Den Haag, werd in 1867 stenograaf bij de beide kamers der Staten-Generaal, als hoedanig hij in 1898 eervol ontslag kreeg, schreef romans en novellistisch werk; Reus en Dwergen, Onder één dak, De brillen van onzen tijd, Een Haagsch fortuin (1877), Frans Belmont (1883), enz., tal van reisverhalen, een Schets eener kunstgeschiedenis (naar het Hoogduitsch van Lübke, 1871), De schilders-confrerie Pictura en andere werken over kunst en kunstenaars, o. a. over Henriette Ronner, opstellen in verschillende tijdschriften, enz.; hij was van 1891-1903 redacteur van het „Leeskabinet, maandschrift gewijd aan vaderl. en buitenl. letterkunde”, en met Ant. S. Reule van de „Kindercourant, weekblad voor onze jongens en meisjes”. Te Leiden zag 1901-02 een nieuwe goedkoope uitgaaf zijner romans en novellen het licht, in 8 dln.

< >