Gleichenia - Geslacht der Varens, met 25 soorten in de tropische en sub-tropische streken, waar zij op open plekken in de hooge bergstreken soms een dichte bodembekleeding vormen. De bladeren zijn grondstandig. De vorksgewijs vertakte bladstelen kunnen verscheidene jaren hun groei voortzetten en worden daarbij 1 M. en meer hoog. De bladslippen zijn soms zeer smal lijnvormig en 10—20 cM. lang.
Vooral als zij in tegenoverstaande rijen, in groot aantal en met geringe tusschenruimte voorkomen, wordt de bouw dezer planten zeer sierlijk en eigenaardig. Men teelt de G. liefst in schotels met veel drainage, in varenwortelgrond met grof zand. Zij eischen een steeds zeer vochtige lucht, een geregeld vochtigen bodem en veel licht. In den zomer wordt de kas slechts weinig geschermd en geregeld gelucht; ’s winters is een temperatuur van 5—10° C. voldoende.
