Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Gilberteilanden

betekenis & definitie

Gilberteilanden - uit de Scarborough, Simpson- en Kingsmillgroep bestaande, bevatten zestien lage koraaleilanden, met eene dunne laag zand bedekt (3° 20' 45" N.B. 2° 39' Z.B. 172° 28' 45" 177° 1' O.L.). Waarschijnlijk in 1606 door de Quino’s gezien, voor het meerendeel in 1788 door Marshall en Gilbert ontdekt. Bronnen en rivieren ontbreken, drinkbaar water wordt uit gegraven kuilen genomen. Het klimaat is warm en gezond. De eenige voortbrengselen zijn kokosnoten en taro.

Veel schroefpalmen (Pandanus). De eilanden staan sedert 1892 onder Engelsch protectoraat. De bewoners, wier aantal op 50.000 wordt geschat, zijn Micronesiërs, doch vertoonen sporen van Polynesischen (samoaanschen) invloed; zij zijn fraai gebouwd, dragen tal van sieraden in de ooren en om den hals; tatoeëering, vroeger in eere, is thans in onbruik geraakt. Als kleeding dienden vroeger algemeen fraaie, gevlochten pandanmatten, thans wordt meer en meer van ingevoerd, Europeesch katoen gebruik gemaakt. Behalve met verbouwing van voedingsmiddelen, houdt de bevolking zich bezig met vischvangst, die o.a. met behulp van fakkels in van uitleggers voorziene cano’s wordt uitgeoefend; haaien worden met strikken gevangen. De flora en fauna van de eilanden is overigens zeer beperkt; naar beweerd wordt, worden fregatvogels, die met slingers gevangen worden, voor het overbrengen van berichten afgericht.

Het karakter der bewoners werd vroeger als wreedaardig en oorlogzuchtig afgeschilderd; bij de tallooze tusschen de dorpen gevoerde oorlogen werd dan gebruik gemaakt van eene eigenaardige oorlogskleeding van kokosbast en van met haaientanden voorziene wapens. De Protestantsche en Katholieke missiën, die sedert jaren op deze eilanden werkzaam zijn, hebben daarin veel verandering ten goede gebracht; het vroegere geestesgeloof met toovenaars en schedelvereering zijn dan ook, althans voor het uiterlijk, grootendeels verdwenen. Elephantiasis en lepra zijn de meest heerschende ziekten. Tot de vermaken moeten dansen, het houden van wedstrijden met booten en het oplaten van vliegers worden gerekend. Bij de huwelijken wordt van weerszijden een bruidschat gegeven; polygamie komt niet voor, adoptie is gebruikelijk; de dooden worden meestal begraven, de schedels echter bewaard.

< >