Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Gerok

betekenis & definitie

Gerok - (Friedrich Karl v.), Duitsch predikant en dichter, 1815—90, wiens godsdienstige gedichten: Palmblätter (1857), Auf einsamen Gängen, Pfingstrosen (1866), e. a. tot de beste en meestgelezen stichtelijke poëzie behoren; zij zijn meest van bespiegelenden inhoud en vereenigen innige vroomheid met edele welsprekendheid en mooien vorm. De oorlog van 1870 ontlokte hem tal van goede vaderlandsche gedichten: Eichenlaub (1870), Deutsche Ostern (1871); enz. Ook vele bundels preeken verschenen van zijn hand.

Vgl. G. Gerok, Ein Lebensbild (1892); A. Wolfhard, Prot. Monatshefte 19 (1915), H. 8.

< >