Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Génestet

betekenis & definitie

Génestet - (Petrus Augustus de), Nederl. dichter, geb. 1829 te Amsterdam, werd vroegtijdig wees, genoot zijn opvoeding ten huize van zijn oom en voogd, den kunstschilder Kruseman, studeerde aan het Amsterdamsche Atheneum en aan het Seminarie der Remonstrantsche broederschap in de godgeleerdheid, begon in 1852 zijn werkzaamheid als Remonstrantsch predikant te Delft, moest in 1859 om gezondheidsredenen dit ambt neerleggen en overleed 1861 te Rozendaal bij Arnhem, waar op zijn graf een eenvoudig monument werd geplaatst, terwijl in 1911 een herinneringsbank te zijner eere te Bloemendaal werd geplaatst en reeds eerder een borstbeeld was aangebracht boven de poort van de Remonstr. kerk te Delft.

De Genestet is nog altijd, al is zijn roem in de latere jaren wel wat gaan tanen, in zekere kringen (die der vrijzinnig-godsdienstigen) een geliefd dichter. Menige moderne preek wordt geïllustreerd door een vers van hem, de moderne richting heeft in hem bij uitstek haren dichter gevonden. Op jeugdigen leeftijd en later als student wijdde hij zich reeds meer aan de poëzie dan aan zijn studie, of hij met hart en ziel predikant wilde worden is wel eens betwijfeld. In 1851 verschenen zijn Eerste Gedichten, die in 1860 (vermeerderd met Sint-Nikolaasavond) herdrukt werden. Niet het minst bekend is hij om zijn zeer puntige Leekedichtjes (1860), die meest van polemische strekking waren en vaak zich op kerkelijk en godsdienstig terrein bewogen. In 1861 verscheen de bundel: Laatste der Eerste. Al zijn gedichten zijn na zijn dood door C. P. Tiele verzameld en in twee deelen uitgegeven, sedert dien herhaaldelijk herdrukt. Zijn gedichten onderscheiden zich door fijnen humor, diep gevoel en meesterschap over de taal.

Zij zijn eenvoudig en weten door hun toon van met weemoed gemengden levenslust menig hart te ontroeren. Tot de bekendste hoort zeker wel Het Haantje van den toren, dat niet geheel van sentimentaliteit is vrij te pleiten. Behalve de inleiding van Tiele kan men over hem raadplegen A. Pierson in de „Levensberichten der Mij. v. Ned. Letterk.” 1864. J. H. van den Bosch gaf St. Nikolaasavond uit (Zwolsche Herdrukken); in de Bibl. v. Nederl. Letterk. verschenen zijn Leekedichtjes (door Dr. H. U. Meyboom) terwijl de wereldbibliotheek hem door een goedkoope uitgave in ruimeren kring verspreidde.

< >