Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Geliert (christian fürchtegott)

betekenis & definitie

Geliert (christian fürchtegott) - bekend Duitsch dichter, 1716—69, werd in 1761 professor in de „poëzie, welsprekendheid en moraal” te Leipzig, genoot in heel Duitschland — en nog daarbuiten — een onbegrensde hoogachting, die soms in dweepzieke vereering overging, onderhield als vriend en raadgever briefwisseling met honderden mannen en vrouwen van beteekenis, wat hem den bijnaam „Der Hofmeister Deutschlands” bezorgde en was de eerste Duitsche schrijver, die in de 18de eeuw tot in breede lagen van het volk populair werd. En wel in de eerste plaats door zijn Fabeln und Erzählungen (1746 en ’48), vaak goed gevonden en altijd goed vertelde fabels; dunkt ons de verzinnebeelde waarheid soms al te plat en nuchter en de moraal wat al te duidelijk uitgesproken, in G.’s tijd golden deze gedichtjes als meesterstukjes, die door hoog en laag bewonderd en in bijna alle talen van Europa vertaald werden. Enkele ervan: Der Tanzbär, Der Hul, Der Selbstmord leven nog in schoolboeken voort.

Bijna even beroemd werden G.’s Geistliche Oden und Lieder (1757), waarvan vele onvergankelijk zijn gebleken: Die Himmel rühmen des Ewigen Ehre; Herr, deine Güte reicht so weit, enz. G.’s blijspelen, w.o. Die Betschwester (1745) en Das Los in der Lotterie (1747) getuigen van weinig dramat. kunnen, maar geven een levendig beeld van de burgerkringen van dien tijd; de roman Das Leben der schwedischen Gräfin von G. (1746), eens zeer bewonderd, komt ons nu als een onbegrijpelijke misgreep van den deugdzamen G. voor. — Met het klimmen der jaren veranderde G.’s vroomheid zoo snel in huilerige sentimentaliteit en bekrompenheid, dat zijn invloed op de letterk. slechts korten tijd, op de groote massa echter des te langer geduurd heeft. — Naumann, Das Gellertbuch 11851); Ritter, Gellerts Leben und Wirken 11870)

< >