Freytag (Gustav), bekend Duitsch schrijver, 1816—95, die van 1839—44 privaatdocent voor Duitsche letterk. te Breslau was, maar zich daarna geheel aan de letteren en de journalistiek wijdde. Zijn zedenroman Soll und Haben (1865) is ondanks de vrij geringe letterk. waarde tot ver buiten Duitschland beroemd geweest, waarschijnlijk omdat hier voor het eerst de dagelijksche arbeid van brave burgers verheerlijkt werd. Minder onderhoudend en veel minder bekend is F.’s tweede zedenroman Die verlorene Handschrift (1864). Met de bedoeling een samenhangend beeld van de ontwikkeling van het Duitsche volk te geven, schreef F. een reeks van 7 romans, Die Ahnen genaamd, waarvan Ingo und Ingraban (1872) en Das Nest der Zaunkönige (1873) de bekendste zijn; ze zijn wat droog door F.’s gebrek aan dichterlijke phantasie.
In zijn Bilder aus der deutschen Vergangenheit (5 dln., 1859 — 67) toont hij, wat zijn historisch standpunt betreft, te staan onder invloed van de romantiek en niet genoeg kennis te hebben van de kultuur der omliggende volken. Verder schreef F. een Technik des Dramas (1863), eenige technisch goede, maar verder onbeteekenende tooneelstukken, een treurspel en ook een blijspel Die Journalisten (1852), dat men langen tijd voor het beste Duitsche blijspel der 19de eeuw hield, van welke overschatting men nu teruggekomen is. — Seiler, Gust. Freytag (1898).
