Eysten - (Jan), Nederl. letterkundige, geb. teAmsterdam, 1869, bezocht de H. B. S. aldaar,van 1888 tot ’91 op den Artilleriecursus te Delft,benoemd tot 2den luitenant der artillerie, laterlste luitenant-adjudant (van 1896—1902 bij hetcorps Pontonniers), 1902—1905 op de HoogereKrijgsschool, in 1910 kapitein, studeerde op’s Rijks kosten in de rechten, promoveerde in1912 tot Mr. in de rechten op een proefschriftEnkele opmerkingen over art. 357 Wetb. voor straf-recht, in verband met de verhouding tusschen hetburgerlijk en het militair gezag, in 1913 de instaatswetenschappen op stellingen. Hij oefendedaarna een paar jaar advocaten-practijk te ’s-Gra-venhage uit, en werd Directeur van de N. V.„Het Vaderland”, na gepensionneerd te zijn alskapitein. Sinds Augustus 1914 vrijwillig weer inmilitairen dienst tot hij 1 Jan. 1916 Directeurvan de Tuchtschool te Nijmegen werd. Op letter-kundig gebied is hij medewerker aan verschil-lende tijdschriften; afzonderlijk verschenen eeni-ge romans: Naast den Troon, De Bedhaege's(1913), Laat Geluk, e. a. Jongensboeken: Van eendikken Hertog, Een lastige Leenman, enz., verdernog tooneelstukken, meestal éénakters.
Ookwerkte hij op wetenschappelijk gebied (militairen juridisch), leverde bijdragen in „Onze Eeuw”(Het Bereikbare (1914), Militaire Rechtspraak(1915)), „Tijdschrift voor strafrecht”, in de„Bijdragen en Mededeelingen van het Historischgenootschap te Utrecht”, Dagboek van Ben-thien (1911), Johan v. Valkenburg (1913), in „Demilitaire spectator”, enz. In de „HistorischeBibliotheek”, onder leiding van Prof. Brugmansverscheen Het Leven van Prins Willem II.