Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 19-01-2019

Eucalyptus

betekenis & definitie

Eucalyptus - plantengeslacht der Myrtaceeën met 160 soorten bijna alle in Australië. Het zijn meest hooge boomen met tegenoverstaande, leerachtige, soms blauw-groene bladeren en bloemen in eindstandige bloeiwijzen. Deze hebben een zeer groot aantal meeldraden, en bloembladeren, die tot een kapje vergroeid zijn, dat in zijn geheel afvalt.

In Australië zijn E.-soorten zeer algemeen; ze behooren er o. m. tot de grootste woudboomen, die ten deele veel droogte kunnen verdragen, en door hun eigenaardigen bladstand weinig schaduw geven. Het meest bekend is E Globulus die overal in de tropen en in de subtropen, zelfs in het gebied van de Middell. Zee, wordt aangeplant.

De bewering, dat deze hoorn streken malariavrij zou maken, schijnt te berusten op de groote verdamping waardoor moerassen, waarin men den boom aanplant drooger Worden en dus minder gelegenheid geven tot de ontwikkeling van malariamuskieten.

E. globulus wordt tot 100 M. hoog; hij heeft twee soorten van bladeren nl. tegenoverstaande, ziltende en breed lancetvormige bladeren en verspreide, langgesteelde, sikkelvormige bladeren. Deze laatste zijn in den apotheek in gebruik als Folia Eucalypti (Australische koortsboombladeren}. Ze bevatten, evenals alle andere E.-soorten aetherische olie. Ook het hout van E. Globulus wordt gebruikt. E. corymbosa en E. citriodora leveren een gomhars (Australische Kino), E. amygdalina wordt 55 M. hoog en is dus de grootste boomsoort, die men kent.

E. microcorys levert het „Tallowwood”, dat voor plaveisel wordt gebruikt, E. marginata het zeer duurzame Jarra-hout. Vele van E afkomstige houtsoorten worden Australisch Mahoniehout genoemd. De bast van E. occidentalis wordt wegens het looistofgehalte uitgevoerd. Eucalyptusolie leveren een groot aantal soorten uit de bladeren.

< >