Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 19-01-2019

Esch (oude bouwakkers)

betekenis & definitie

Esch (oude bouwakkers) - Dezen naam draagt het complex oude bouwakkers bij de Drentsche dorpen. Sommige dorpen hebben meer dan éóne „esch”, b.v. Zuideresch, Noordaresch, enz. — Iedere landbouwer van het dorp gebruikt één of meer akkers op den esch voor den verbouw van rogge, aardappels, haver, boekweit, enz. — De akkers zijn gescheiden door voren; op het eind ligt gewoonlijk een grenssteen, opdat de voor dezelfde plaats blijft behouden. — De eschakkers behooren tot de hoogste gronden in de omgeving, wijl alleen deze, in de oude tijden toen de esch werd ontgonnen, eene behoorlijke afwatering hadden. Ook in Westerwolde en Overijsel vindt men esschen. Soms worden ze aangeduid met „eng” of „enk” (Geld.) Zie ook MARK.

< >