Epónymus-kánon - ook Eponymen-lijst. De Assyriërs plachten (althans sinds de 24e eeuw, zie KAPPADOKISCHE TAFELS) de verschillende regeeringsjaren hunner koningen te onderscheiden, niet door getallen, maar door namen. Daartoe werden de namen van hooggeplaatste rijksambtenaren gebruikt; b.v. het jaar 763 v. Chr. werd niet aangeduid als „9e jaar v. koning Assur-dan III”, maar als „jaar v. Boer-Sagale”. Gewoonlijk wordt ’t 1e volle regeeringsjaar van iederen koning naar hemzelf genoemd, de volgende jaren naar zijn rijksgrooten.
Dezen worden, naar Grieksch spraakgebruik, epónymi (= „naamgevers”) geheeten; zie ARCHONT. De aldus aangeduide jaren werden in doorloopende lijsten opgeteekend. Vg. de archonten-lijsten in de Grieksche, en de fasti consulares in de Rom. geschiedenis. Uit verschillende kleitafel-fragmenten is de Assyr. e. gereconstrueerd voor de jaren 793 tot 648 (niet 666; zie Forrer, Zur Chronol. d. neuassyr. Zeit, Leipzig 1916). Meermalen zijn die lijsten voorzien van korte bijschriften over troonsbestijging, veldtochten, binnenlandsche onlusten, enz. Doordat de zonsverduistering van 17 Juni 763 („oproer in Assur; in de maand Siwan: zonsverduistering”) vermeld staat bij bovengenoemd „jaar v. Boer-S.”, is de lijst chronologisch vastgelegd. Daarmede is ook de vaste grondslag gegeven voor de Israëlietische chronologie in den koningstijd. (Zie verder TIJDREKENING Babylonisch-assyrische).