Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2018

Dupin

betekenis & definitie

Dupin - (François Pierre Charles), 1784—1873, Fransch wiskundige, bekend o. a. door zijn onderzoekingen op het gebied der differentiaalmeetkunde. Naar D. is genoemd: 1e de indicatrix van Dupin, d. i. de kromme lijn, volgens welke een oppervlak gesneden wordt door een vlak, dat op oneindig kleinen afstand van het raakvlak in een punt P is aangebracht. Deze indicatrix is een kegelsnede.

De aard van de kegelsnede bepaalt den aard van het raakpunt P als punt van het oppervlak (elliptisch, hyperbolisch of parabolisch punt) (zie DIFFERENTIAALMEET KUNDE) ; 2e de cyclide van Dupin, een oppervlak van den 4en graad, dat ontstaat door inversie van een omwentelingskegel. De cyclide van D. kan ook opgevat worden als de omhullende van de bollen, waarvan de middelpunten op een kegelsnede liggen en die een vasten bol loodrecht snijden. Een bijzonder geval van de cyclide van D. is de torus (cirkelvormige ring) ; 3e de stelling van Malus —Dupin, die leert, dat een normalencongruentie na een willekeurig aantal terugkaatsingen en brekingen altijd een normalencongruentie blijft.

< >