Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2018

Duinpieper

betekenis & definitie

Duinpieper - Anthus campestris, een tot de piepers behoorend vogeltje; lengte 16 c. M., staart 7 c. M., vlucht 28 c.M, van boven geelgrijs, van onderen geelwit, met donkere vlekken aan de borst. In ons land zomervogel, van April tot September, in droge, zandige open vlakten, op de hei en in de duinen; nestelen op den grond. Nuttig als insecteneters.

< >