Duikervogels - Urinatores, eene orde der Vogels; zeer eigenaardige dieren, met een gering vliegvermogen, wat geheel past bij hunne levenswijze. De pooten staan ver naar achteren aan den langwerpigen, spoelvormigen romp. De snavel is altijd korter dan de kop, met harde en scherpe randen. Het dichte vederkleed bestaat uit kleine, harde veeren, waaronder een warm donskleed ligt; dit en een dikke vetlaag onder de huid beschermen de in het water levende vogels tegen warmteverlies.
De vleugels zijn kort, smal en puntig; bij vele soorten doen zij dienst als vinnen; de staart is zeer kort en rond en ontbreekt vaak. Doorgaans is de kleur zwart en wit, maar ook andere en pronkkleuren kunnen voorkomen. De pooten doen dienst als roeiriemen; de drie lange voorteenen zijn breed gelobd of met elkander door zwemvliezen verbonden; de achterteen ontbreekt dikwijls. Het meerendeel leeft in zee; de meeste vormen komen slechts op het land om eieren te leggen. Zij bewegen zich op den vasten grond zeer onbeholpen, maar het zijn uitmuntende zwemmers en duikers; vele kunnen nog vrij goed vliegen, andere in het geheel niet. Meestal leven zij in groote gezelschappen bijeen; hun voedsel bestaat uit visschen en schaaldieren. Zij broeden op bepaalde broedplaatsen, bv. op rotsen in zeer groote hoeveelheden bijeen. Tot deze orde behooren de duikers en de alkachtige vogels.
