Dracaena, - Drakenbloedboom, plantengeslacht der Liliaceeën, met ongeveer 40 soorten in de warme deelen der Oude Wereld, na verwant met Cordyline en er vaak mee verward, doch ervan te onderscheiden, doordat er slechts één zaadknop in elk van de drie hokken van het vruchtbeginsel voorkomt, terwijl Cordyline 6—15 zaadknoppen in elk hokje heeft. Het zijn boom- of struikachtige planten, waarvan de stammen diktegroei vertoonen door middel van een cambium. Ze dragen meest een groep van lancetvormige bladeren aan of nabij het einde der takken. Tot de bekende soorten behooren D. Draco van de Kanarische eilanden en 1).
Cinnabari van Socotra. Beide leveren een rood gomhars, het z.g. Drakenbloed (Sanguis Draconis). Bekend is een reusachtig exemplaar van D. Draco bij Orotava op Teneriffe, waarvan in 1799 door Alex. von Humboldt de leeftijd op 6000 jaar geschat werd. De boom was toen 25 M. hoog en had ver boven den grond nog een omtrek van 13 M. In 1868 is deze merkwaardige boom door een storm geveld. Verschillende soorten worden in de kas en in de kamer gekweekt, b.v.D. umbraculifera van Mauritius met onvertakten stam en lange, donkergroene, glimmende bladen, D. arborea van W. Afrika met breeder blad, D. fragrans uit O- en W. Afrika met een hoogen vertakten stam, bijna tot aan den voet bebladerd, Ook worden een aantal soorten gekweekt met gevlekte bladeren, die op die van een Aucuba gelijken, of met gestreepte bladeren.