Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2018

Dispositie

betekenis & definitie

Dispositie - Deze term wordt 1) gebruikt van de logisch-methodische ordening van grondbegrippen in een wesenschappelijk systeem, 2) speelt het begrip d. een groote rol in de moderne fysiologie en psychologie. De fysiologen nemen aan, dat alles wat in het organisme voorvalt (b.v. de fysische prikkeling van een zintuig bij de waarneming) eene, al is het nog zoo kleine, verandering in de organische stof, speciaal de hersenschors, teweegbrengt, een „spoor” of „residu” achterlaat (Bahnungen, engrammen, coördinaties) en zoo een „dispositie” schept, waardoor een hernieuwd optreden van eenzelfde voorval wordt beïnvloed. Velen wenden uitsluitend deze fysiol. d. aan ter verklaring van de met die fysiol. voorvallen correspondeerende bewustzijns-verschijnselen (reproductie der voorstellingen, geheugen, enz.). Daartegen komen andere psychologen met kracht op.

Wat b. v. van de zinnelijke gewaarwording na het ophouden van den prikkel overblijft, kan volgens hen niet uitsluitend van materieelen, maar moet tevens van geestelijken, psychischen aard zijn, een onbewuste „voorstelling”, daar het immers als identiek met het vroeger doorleefde wordt herkend en een gelijksoortige functie later sneller, gemakkelijker en zekerder doet intreden. — En wat van het zinnelijk waarnemen geldt, geldt evenzeer van het gevoels- en wilsleven. Men onderscheidt:

oorspronkelijke, primaire, aangeboren en secundaire, verworven disposities. De eerste berusten grootendeels op overerving en de oefening van vroegere generaties, de laatste op individueele oefening. Zie AANLEG.

3) In de orgelbouwkunde a. de berekening van de kosten en de bepaling van de indeeling, ten opzichte van registers, pijpen, balgen, enz. van een nieuw te bouwen orgel; dus dat, wat de architect het bestek noemt; b. de opsomming van de in een orgel aanwezige registers, stemmen, enz.

< >