Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2018

Dankelman

betekenis & definitie

Dankelman (Bemardus), Nederl. geestelijke en schrijver, geb. 1836 te Amsterdam, opgeleid te Voorhout, voltooide zijn theologische studiën in het Groot-Seminarie te Rijsenburg, 1862 priester gewijd, was kapelaan te Hillegom, IJmuiden en Leiden, en van 1876 pastoor te Delfshaven (Rotterdam), sinds 1889 pastoor en kanunnik te Haarlem, 1892 deken van Haarlem, 1898 Geheim-Kamerheer van Z. H. den Paus, van 23 Mei tot 12 Oct 1903 Vicaris-capitularis van het bisdom Haarlem na den dood van Mgr. Bottemanne; spoedig daarna Protonotarius Apostolicus; overleden 1908 te Haarlem. D. bewerkte De Harbe’s Verklaring der Katholieke geloofs- en zedeleer (4 dln., meermalen herdrukt), en schreef: Het leven van den H. Joannes Chrysostomus (Arnh. 1863), Over de onfeilbaarheid van den paus (Leid. 1873), Handboek der Kath. godsdienstleer (voor het middelbaar onderwijs, met I. H. Wijnen, Den Bosch 1875), enz.

< >