Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2018

Constantine

betekenis & definitie

Constantine - Hoofdstad von het dept. C., dat het geheele O. van de Fransche kolonie Algerië in N.-Afrika omvat, ± 650 M. hoog gelegen in de Noordelijke of Teil-Atlas, waar het diepe ravijn van het bergriviertje, de Rummel, aan drie zijden de kalksteenhoogte, waarop de stad ligt, omgeeft, zoodat deze slechts over een smallen landrug in het Z. is te naderen. Het is door spoorwegen verbonden met de naaste havenstad Philippeville en bovendien met Algiers, Prinas, Bone en Biskra. Onder den naam van Cirta (oorspronkelijk Kartha) was het misschien eens een Phoenicische nederzetting; later werd het de residentie der koningen van Numidië, daarna een Romeinsche kolonie en als zoodanig een der belangrijkste steden van Afrika.

Wegens oproer in de 4e eeuw verwoest, werd het opnieuw opgebouwd onder Constantijn den Groote en kreeg toen den naam van Constantina. Later werd het de zetel van Arabische vorsten. In 1837 werd C., toen in het bezit van Ahmed Bey, door de Franschen bestormd en met zware verliezen genomen. Sedert heeft de stad zich buiten het gebied der oude sterkte uitgebreid over de landengte, in ’t Z., waar de Faubourg St. Antoine ontstaan is en aan de overzijde van het Rummelravijn in ’t O., waar dit is overbrugd, tot 1857 door de Romeinsche brug El Kantara, die toen ingestort en vervangen is door een moderne constructie, en waar nabij het station de wijk El Kantara is ontstaan.

C. heeft nu ± 50.000 inw., waarvan 15.000 Franschen. Het hoogste, Noordelijke deel van de oude stad wordt ingenomen door de citadel, de „Kasba”, die reeds in den Romeinschen tijd de voornaamste sterkte van de stad uitmaakte, In het midden der stad ligt het groote paleis van den laatsten vorst Ahmed. Het smalle verbindingsstuk tusschen de oude stad en de Faubourg St. Antoine heeft parkaanleg, waarin een standbeeld voor den maarschalk Valée, den veroveraar der stad in 1837. — Zeer schoon en door vreemdelingen druk bezocht is de Chemin des Touristes, een ± 2 K.M. lange wandelweg, door het Rummelravijn. C. heeft van ouds belangr. inlandsche industrie: (leder, schoenen, zadels, e. d.) en zilverwerk en wol- en linnennijverheid, inlandsche witte mantels, die bornoe’s worden genoemd).

< >