Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-11-2018

Chrispijn (Louis Henricus)

betekenis & definitie

Chrispijn (Louis Henricus), geb. 1854, Nederl. tooneelspeler en tooneelleider, bezocht van 1872 —’73 de Tooneelschool en was achtereenvolgens verbonden: in 1874 bij de Vereenigde Tooneelisten, dir. Stumpff & Veltman te Amsterdam; in 1875 bij de dir. Valois te ’s-Gravenhage; 1876 —’80 bij de dir. Legras, Van Zuylen & Haspels te Rotterdam; 1880 —’82 met Van Zuylen, directeur der Kleine Comedie aldaar; 1883—’89 vennoot in combinatie met A. Faassen en W. van Korlaar aldaar; 1889 —’90 regisseur aan den Grooten Schouwburg, dir.

Legras & Haspels, 1890 —’91 regisseur aan den Tivoli-Schouwburg, dir. de Vos & v. Korlaar. In 1893 richtte hij te Amsterdam de Nederlandsche Tooneelvereeniging op en gaf daarmede voor het eerst in Nederland opvoeringen van werken van Ibsen, Hauptmann, Tolstoi, enz.; met deze vereeniging gaf hij in 1895 een geslaagde opvoering in het Deutsche Theater te Berlijn. Van 1897—1912 was hij regisseur van de K. V. het Nederl. Tooneel met onderbreking van 1908 —’10 voor eene kunstreis naar Ned.-Indië. In 1912 werd hij medeoprichter, regisseur en filmspeler van de filmfabriek „Hollandia” te Haarlem; 1915—’16 directeur van een tooneelgezelschap inhet Centraal-Theater te Amsterdam; na 1916 tooneelleider van het Rotterdamsch Tooneelgezelschap. C. is een der weinige Nederl. tooneelspelers, die uitmunten in het genre van „eerste jonge rol” en „eersten jongen minnaar” (o.a. in „De Veroveraar” van J. A. Simons-Mees, „Figaro” van de Baeumarchais, „Mensch en Oppermensch” van B. Shaw), voorts in narrenrollen van Shakespeare en scherp geteekende karakters (o. a. Rosmersholm van Ibsen). Hij schreef eene handleiding over Tooneelregie en is voorts schrijver, vertaler en bewerker van toneelstukken.

< >