Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Charles lebrun

betekenis & definitie

Charles lebrun - geb. 1619 te Parijs, gest. aldaar 1690. Fransch schilder, graveur en architect, een van de meest beroemde kunstenaars uit den tijd van Lod. XIV, die hem vooral om zijn organisatietalent langzamerhand de leiding van het kunstwezen in Frankrijk geheel in handen gaf. L. was leerling van Perrier, gen. le Bourguignon, van Simon Vouet en later in Italië van Poussin.

Om zijn talent opgemerkt en geprotegeerd, werd hij in 1642 naar Rome gezonden om daar te studeeren. Hij bleef er 4 jaren en keerde daarna naar Parijs terug, waar hij al spoedig van Fouquet, surintendant van Lod. XIV, opdracht kreeg zijn slot Vaux le Vicomte te decoreeren. Na de voltooiing hiervan werd zijn kunst door Lod. XIV opgemerkt en was zijn fortuin verzekerd. De koning zag in hem al spoedig den geschikten persoon aan wien hij de centralisatie der verschillende takken van kunst en kunstindustrie kon toevertrouwen, welk systeem in dezen tijd nieuw was en door Colbert, den minister van financiën, samen met L. is doorgevoerd. Zoo werd hij in 1648 de stichter van de Académie Royale de peinture, professor in 1651, directeur de la Manufacture des gobelins en premier peintre du roi in 1668, terwijl hem nog vele onderscheidingen als ook de verheffing in den adelstand in 1662 te beurt vielen. De groote waarde van L. ligt niet in zijn schilderkunst, die ons nu te academisch voorkomt om langer dan den eigen tijd te kunnen overleven, maar onsterfelijk is hetgeen hij met zijn decoratieve en organisatorische talenten heeft weten tot stand te brengen.

Aan hem danken wij de „Galerie d’Apollon” in het Louvre, die na een brand in 1661 onder zijn auspiciën is tot stand gekomen. Tallooze ontwerpen van gobelins (o.a. de slag aan den Granicus) zijn van hem bekend, maar zijn levenswerk is het Slot te Versailles, dat met medewerking van alle groote kunstenaars uit deze gouden eeuw van Frankrijk, onder zijn leiding en naar zijn plannen en inzichten tot stand kwam. Zijn schilderijen en teekeningen zijn door de voornaamste kunstenaars van dien tijd in prent gebracht, zoodat zijn naam ook aan de prentkunst blijft verbonden. Zoolang Colbert aan het bewind bleef is de roem van L. steeds crescendo gegaan, maar bij diens dood in 1683 kwam er een einde aan. De opvolger aan het ministerie van financiën, de Markies van Louvois, begunstigde Pierre Mignard, die steeds een vijand van L. was geweest. Tegen deze strooming was L. niet meer opgewassen; hij trok zich uit den hofkring terug en stierf in 1690.

Litt.: Uitvoerige berichten over het leven, de werken en de geschriften van L. geeft de Dict. gén. des artistes de l’école française van B. de la Chavignerie et Anvray. Voorts : H. Jouin, Charles Le Brun et les Arts sous Louis XIV (Parijs 1889); P. Marcel, Ch. L. (Paris 1909) en de talrijke litteratuur betreffende dit tijdvak, vermeld in : L’Art en France par L’Hourticq (Serie Ars Una Hachette, Parijs, 1912).

< >