Cavaignac (Louis Eugène) - geboren 1802 te Parijs; overleden 1857 te Ourne (Sarthe). C. werd opgeleid voor den militairen dienst; in 1828 diende hij in Morea; na 1832 in Algiers, waar hij in 1844 tot maréchal de camp bevorderd werd. Toen in 1848 de Februari-Revolutie was uitgebroken, bood het Voorloopig Bewind hem de portefeuille van Oorlog aan, maar hij weigerde, omdat het Bewind geen troepen in Parijs wilde samentrekken, wat hij voor de bevestiging van de nieuwe orde van zaken noodzakelijk vond. Tot lid der Nationale Vergadering gekozen, kwam C. 17 Mei in Parijs, waar het toen reeds gistte en spoedig (23 Juni) het oproer van de socialistische republikeinen tegen de parlementaire losbarstte.
De Nationale Vergadering kondigde den staat van beleg af; C., reeds tot Min. van Oorlog benoemd, ontving dictatoriale macht en sloeg den opstand in 4-daagschen, uiterst bloedigen strijd neer (23 —26 Juni). De staat van beleg bleef daarna nog eenigen tijd gehandhaafd, gedurende welken C. hoofd was van het Uitvoerend Bewind. Inmiddels kwam de nieuwe grondwet gereed, welke het uitvoerend gezag in handen legde van een president, gekozen volgens algemeen kiesrecht. Tegen veler verwachting bleef bij de stemming C. verre in de minderheid bij Louis Napoleon (1.5 millioen tegen 5.5 millioen); het waren voornamelijk de Katholieke Royalisten, die dezen uitslag hadden bepaald. Als lid der Wetgevende Vergadering schaarde hij zich onder de oppositie; bij den staatsgreep van 2 Dec. 1851 werd hij daarom gearresteerd; na korte gevangenschap te Ham echter weer losgelaten, waarop hij zich uit het politieke en militaire leven terugtrok.