Carus (Paul) - Amerikaansch wijsgeer, geb. 1852 te Ilsenburg, prof. te Chicago, oprichter van „the Monist” en later van de „Open CoUrt” publicaties. C. leert, het agnosticisme bestrijdend, een bijzonder soort monistisch positivisme, van dat v. Comte o.a. hierin verschillend, dat de onoplosbaarheid der diepste wijsgeerige vragen geenszins wordt beweerd. Zijn monisme is methodische systematiseering der ervaringsfeiten, gebaseerd op het „consistency principle”. Tegenstelling in de waarheid is mogelijk, niet tegenstrijdigheid.
Ziel en lichaam, geest en stof, God en natuur zijn slechts abstracties, die zich als werkelijke existenties voordoen. Tegenover Spencer’s agnosticisme (dat hij een bankroet verklaren der filos. noemt) leert C., dat elke wijsgeerig juist gestelde vraag kan worden opgelost. God is wereldziel, de in de wereld werkende macht der zedelijke wereldorde. De omsterfelijkheid bestaat in het voortleven der zielen in de nakomelingen, waarin zij zich steeds verder ontwikkelen. Voornaamste geschriften: Methaphysik (Duitsch, 1881); The Ethical Problem (1890); The Soul of Man (1891); Primer of philos. (1896); The idea of God. The religion of Science (1893); Philosophy as a Science (1909); Pragmatism (1908). C. heeft in Amerika de studie der wijsbegeerte bevorderd door uitgaven en vertalingen van buitenlandsche werken.