Calceolaria - Pantoffelplant, plantengeslacht der Scrophulariaceeën met ongeveer 200 soorten, bijna uitsluitend in de Andes v. Z.-Amerika. Ze vallen op door de eigenaardig gevormde 2lippige bloemen, waarvan de onderlip groot en sterk opgeblazen is. Als sierplanten kent men twee groepen, n.l. de struikachtige vormen, die afstammen van C. rugosa, en de kruidachtige, die hybriden zijn van verschillende soorten (b.v.
C. corymbosa en C. crenatiflora). De struikachtige vormen zijn bijzonder geschikt voor bloemperken. Men stekt ze in October-November. Ze bloeien dan den geheelen zomer met gele bloemen. De kruidachtige vormen gebruikt men voor potkultuur in de kas. Men kweekt ze uit, zaad zoo, dat ze in den voorzomer bloeien. De bloemen zijn geel, bruin of gevlekt. C. scabiosaefolia komt in Nederland een enkele maal verwilderd voor.