Burman (Frans) - Nederl. godgeleerde, geb. 1628 te Leiden, waarheen zijne ouders uit Frankenthal (Pfalz) gevlucht waren, studeerde te Leiden, waar hij opgenomen werd in het Statencollege, werd op zijn 23ste jaar predikant te Hanau, in 1661 onder-regent van genoemd Statencollege en 1662 theol. prof. te Utrecht. Hij was een CartesiaanschCoccejaansch theoloog, meer Zwingliaansch dan Calvinistisch gezind, iemand van een zelfstandig karakter. Hij kwam daardoor in strijd met zijn ambtgenooten Voetius en Essenius. Hij overleed 1679.
Hij [schreef o. a. Synopsis Theologiae et speciatim foederum Dei ab initiis seculorum usque ad consummationem eorum (2 vol. Traj. 1671). Dit werk is herhaaldelijk herdrukt en werd veel gebruikt; verschillende uitgaven ervan zagen het licht o. a. te Genève 1691, Bremen 1691, Frankfurt a. M. 1699; een Holl. vertaling, onder den titel Synopsis of Kort begrip van de H. Godgeleerdheid, verscheen te Utrecht, 1683.