Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 09-11-2018

Bülow (Friedrich Wilhelm, Freiherr von)

betekenis & definitie

Bülow (Friedrich Wilhelm, Freiherr von) - graaf van Dennewitz, Pruis, generaal der inf., geb. 1755, trad reeds op jeugdigen leeftijd in het leger. Hij nam deel aan den Beierschen Successieoorlog, onderscheidde zich bij de belegering van Mainz en werd dientengevolge benoemd tot kapitein bij den gener. staf. In 1793 werd hij, als majoor, gouvem. van prins Lodewijk Ferdinand van Pruisen en bleef dit tot 1795. Als luiten.-kolonel commandeerde hij in den oorlog van 1806 een batalj. in Thorn, werd daarna bevorderd tot kolonel en in 1808 tot gener.-majoor, waarna hij in stilte met Schamhorst samenwerkte om Pruisen uit zijn verval op te heffen.

In 1813, toen Pruisen aan Frankrijk den oorlog verklaarde, werd hij tot luiten.generaal benoemd en bij het korps York ingedeeld. In dezen oorlog onderscheidde von B. zich in den slag bij Möckern (5 April 1813), bezette daarop Halle, doch ging in verband met den terugtocht der verbondenen weder over de Elbe om den maarschalk Ney een aanval op Berlijn te beletten. Daar Ney echter naar Bautzen afmarcheerde, ging von B. Oudinot tegemoet, wien hij 27 Mei bij Hoyerswerda en 4 Juni bij Luckau zware verliezen toebracht, waardoor Oudinot moest terugtrekken. Toen deze in Augustus wederom, thans met 97000 man, naar Berlijn oprukte, ging von B. hem met het 3e korps, dat deel uitmaakte van het Noorderleger onder den kroonprins van Zweden, tegemoet. Nadat de Franschen Groszbeeren hadden veroverd, waardoor Berlijn ten zeerste bedreigd werd, ging von B. nogmaals tot den aanval over, heroverde Groszbeeren (23 Aug.) en sloeg de Franschen terug. Oudinot moest met zijn geheele leger naar Saksen terugtrekken, doch daar er Napoleon alles aan gelegen was, Berlijn te veroveren en her. Pruis. Noorderleger te slaan, werd het korps Oudinot, thans onder bevel van Ney, nogmaals op Berlijn gedirigeerd.

In den slag bij Dennewitz (6 Sept. 1813) leed Ney een volkomen nederlaag tegen von B., die voor dit schitterend wapenfeit benoemd werd tot grootoffic. van het Ijzeren kruis en later tot graaf van Dennewitz. Von B. nam vervolgens deel aan den slag bij Leipzig, bezette daarna Westfalen, drong door tot in Holland, veroverde hier Doesburg, en Arnhem, sloot Gorinchem en ’s-Hertogenbosch in, rukte begin 1814 naar België, versloeg den vijand bij Hoogstraaten, veroverde La Fère, vereenigde zich daarna met het Sdez. leger, commandeerde het centrum in den slag bij Laon (9 en 10 Maart), veroverde Soissons (21 Maart) en bezette 31 Maart Monmartre, terwijl de verbondenen Parijs binnenrukten. Te Parijs benoemde de koning van Pruisen hem tot gener. der infanterie en verhief hem tot graaf van Dennewitz. In den veldtocht van 1815 voorde von B. het 4e legerkorps aan en nam hiermede deel aan den slag van Waterloo, waarin hij door eene omtrekkende beweging door het défilé van Saint-Lambert en een aanval in den rug van ’s vijands rechtervleugel, niet weinig tot de overwinning bijdroeg. Von B. overl. 1816 als gouvern. van Oost- en West-Pruisen te Koningsbergen. Koning Friedrich Wilhelm III liet in 1822 te Berlijn een marmeren gedenkzuil voor hem oprichten.

< >