Brugmann - (Karl), geb. 1848, sinds 1887 professor in de Indogermaansche taalwetenschap te Leipzig; is naast Osthoff, Paul, Schmidt e. a. de bekendste vertegenwoordiger van een nieuwe periode in de vergelijkende taalstudie, die van de „Junggrammatiker”, die zich kenmerkt door het streng inachtnemen van de klankwetten en de psychologische beschouwing van de taalverschijnselen. Van 1878—1890 gaf hij met H. Osthoff de Morphologische Untersuchungen auf dem Gebiete der idg. Sprachen (5 dln.) uit, terwijl de resultaten van de veelbeteekenende werkzaamheid op ’t gebied van de Indogerm. taalwetensch. in den tijd van ± 1875—1890 neergelegd werden in het monumentale werk: Grundriss der Vergleichenden Grammatik der indogerm. Sprachen (1886—1893, 5 dln., waarvan B. Delbrück de syntaxis behandelde), zooals een 25-tal jaren te voren Schleicher’s „Kompendium der vergleichenden Grammatik der idg.
Sprachen” een vroegere periode in de wetenschap had afgesloten. Een 2e druk is thans in bewerking en gedeeltelijk verschenen. Verder schreef B., behalve een groot aantal tijdschriftartikelen, vooral in de sinds 1891 door hem en W. Streitberg uitgegeven Indogermanische Forschungen, een Kurze vergleichende Grammatik der idg. Sprachen (Straatsburg 1904) en een Griechische Grammatik (München 1886, 4e dr. bew. door A. Thumb, 1913), die, door methodische behandeling en volledigheid, als het beste voorbeeld van een vergelijkende spraakkunst eener Indogerm. taal beschouwd kan worden.