Brimeu (Karel van), graaf van Megen enz., werd in 1559 door Philips II aangesteld tot stadhouder van Gelderland, nadat hij reeds eerder benoemd was tot lid van den Raad van State en commandant van een regiment voetvolk. Hoewel hij een ijverig aanhanger was van den Roomsch-Katholieken godsdienst, was hij toch een tegenstander van de inquisitie, bloedplakkaten en andere strenge maatregelen der Spaansche regeering. Met Oranje, Egmond, Hoorne e.a. verbond hij zich tegen GranVelle, en nam in 1666 ook deel aan de beraadslagingen der Edelen. Zijn gedrag veranderde echter geheel en al na het verloopen van het Verbond der Edelen en na den Beeldenstorm; sinds dien tijd trad hij openlijk voor Spanje op.
In 1568 trok hij met een leger op tegen graaf Lodewijk van Nassau, maar kwam te laat om aan den slag bij Heiligerlee te kunnen deelnemen. Hierop rukte hij Groningen binnen en verdedigde deze stad tegen graaf Lodewijk, totdat hij door Alva ontzet werd. In den slag bij Jemmingen had Megen het bevel over de voorhoede van het Spaansche leger. In het begin van 1672 verliet hij Brussel uit ontevredenheid over het heffen van den tienden penning, en overleed 6 Jan. aan eene beroerte.
