Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Booven

betekenis & definitie

Booven (Hendrik Cornelis Alexander van), Nederl. letterkundige en journalist, geb. te Haarlem 17 Juli 1877; werd voor adelborst opgeleid, ging in 1898 naar den Boven-Congo voor de „Nieuwe Afrikaansche Handelsvennootschap”, tevens met het voornemen om daar journalistiek werk voor Nederl. bladen te doen. Voorjaar ’99 om gezondheidsredenen terug. Woont nu in Hilversum en is correspondent van de N. R. Ct. Van hem verschenen: Tropenwee (1906); Van de Vereering des Levens (1906); Sproken (1907); De Bruidegom (1912); De fraaie comedie (1912).

Hij was in het begin van den grooten oorlog (1914) een tijdlang aan onze grenzen en in België oorlogscorrespondent van de N. R. Crt. en schreef naar aanleiding daarvan het nog onvoltooide Uit den Oorlog. Houdt den laatsten tijd ook voorlezingen uit eigen werk en dat van Edgar Poe en J. S. Jacobsen, van wie hij een goed kenner is. Zijn werk neemt een aparte plaats in onze letterkunde in en staat niet onder bepaalde invloeden. Doet veel aan sport.

< >