Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Bonhomme

betekenis & definitie

Bonhomme (Fr.), beteekent reeds lang niet meer een man, die zich onderscheidt door zijn goedheid of goedaardigheid. Thans wordt het gebruikt in den zin van iemand, die niet „bij de pinken” is, dien men gemakkelijk beet kan nemen, van een lummel, een stumperd; verder dient het om familiaar een mindere of een jongere, en in sommige Fr. provincies (zie Balzac, Eugénie Grandet, p(ag). 128) om in het algemeen een man, die een zekeren leeftijd bereikt heeft, aan te duiden. In het oud-Fr.: burgerman, boer, als tegenstelling van „seigneur”, heer; bv. Jacques Bonhomme.

< >