Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Biochemie

betekenis & definitie

Biochemie van βioς en chemie, de leer der omzettingen in het levend organisme zooals b.v. spijsvertering en assimilatie; tegenwoordig in ruimer beteekenis de kennis van de chemische, physisch-chemische en physiologische processen, welke in het levensproces ontstane stoffen in het gezonde of zieke organisme of in vitro ondergaan, resp. de wijze waarop vreemde toegevoegde stoffen op het organisme inwerken. Hoewel er geen reden bestaat aan te nemen, dat de stoffen welke door het levende organisme worden gevormd, niet langs zuiver chemisch-synthetischen weg zullen kunnen worden bereid en men ook geen enkel bewijs heeft, dat een chemische reactie op zichzelf beschouwd door het levensproces anders verloopt dan daarbuiten, is toch de studie van deze stoffen in een afzonderlijke discipline gewenscht. De gecompliceerdheid en geringe stabiliteit en als gevolg daarvan vaak zeer specifieke werkingen dezer stoffen, hun meest kolloide toestand, waardoor zuivering zeer bezwaarlijk is, eindelijk de geheel eigen methodiek en niet het minst de groote practische beteekenis zijn daarvoor voldoende reden en grond.

Hoewel nog van jongen datum, heeft de B. niet alleen als zuivere maar ook als toegepaste wetenschap haar beteekenis bewezen o.a. als hulpwetenschap der medische wetenschap en bij het onderzoek en de indentificatie van dierlijke producten. Zie SERUM, VACCINE.

< >