Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Bibesco

betekenis & definitie

Bibesco - (Georg Demetrius), hospodar van Walachije, 1804—73; werd hospodar in 1842 na Alexander Ghika, tot wiens val hij medegewerkt had. Daar hij in 1847 het gebruik der Fransche taal op de gymnasia voorschreef en de Roemeensche taal verbood, vormde er zich een sterke nationale partij tegen hem, waardoor hij genoodzaakt werd in het volgende jaar af te treden. — Zijn broeder Barbu Demetrius B., vorst Stirbey, 1801—69, was lid der Hetaerie (zie GRIEKENLAND, Nieuwste Gesch.) en herhaaldelijk minister van Walachije, over welk land hij in 1849 door de Porte tot hospodar werd benoemd; in die betrekking, welke hij tot 1856 bekleedde, ijverde hij voor den aanleg van spoorwegen en de vereeniging van Moldavië en Walachije tot één rijk onder het bestuur van een buitenlandsch vorst.

< >