Bestek - beschrijving, waarnaar een werk of leve ring kan worden begroot, aangenomen en uitge voerd. Geldt als grondslag voor het doen van aan biedingen bij een aanbesteding. Een b. bevat de al gemeene omschrijving van het werk of de levering, de plaatsbepaling, de hoeveelheden der bouwstoffen en de verschillende voorwaarden, waaraan bij de uitvoering voldaan moet worden. Het geeft voor schriften omtrent loon en huisvesting der werklie den, de kwaliteit der materialen, de termijnen van oplevering en betaling, het onderhoud en andere punten, welke de aannemer van het werk dient te weten.
Een goed b. is beknopt en duidelijk, het moet zoo weinig mogelijk risiko op den aannemer schui ven. Dikwijls ontstond omtrent een b. geschil, door dat eenig punt voor verschillenden uitleg vatbaar bleek of doordat het in eenig opzicht onvolledig was. Alle te verrichten werkzaamheden moeten in het b. zijn opgenomen. Het b. vormt het contract tusschen aanbesteder en aannemer. Dikwijls behooren bij een b. een of meer teekeningen, besteksteekeningen ge noemd. De gegevens, welke deze teekeningen ver schaffen omtrent het werk, zijn evenzeer bindend voor beide partijen als het b. zelf.
Na de aanbeste ding wordt van het b. en ev. de teekeningen een ex. gezegeld en door den aannemer en zijn borgen onder teekend. Bij beschikking van den minister van Wa terstaat, Handel en Nijverheid van 1 Febr. 1901 zijn algemeene voorschriften (verkrijgb. bij Gebr. v. Cleef, Den Haag) vastgesteld voor de uitvoering en het onderhoud van werken onder het beheer van diens departement. Deze Algemeene Voorschriften (A. V.) hebben echter een veel ruimer beteekenis gekregen, doordat zeer dikwijls ook in andere be stekken, zelfs van particulieren, daarnaar wordt verwezen. In den kring der bouwkundigen is men in den laatsten tijd doende eene nieuwe regeling van gelijken aard, maar o.a. meer passend ook voor par ticuliere bouwwerken, tot stand te brengen. — Vol gens art. 1646 B. W. kan een bouwmeester of aan nemer, indien hij op zich genomen heeft een gebouw bij aanneming te maken, volgens een b. met den eigenaar van den grond beraamd en vastgesteld, geene vermeerdering van den prijs vorderen, noch onder voorwendsel van vermeerdering der arbeids loonen of bouwstoffen, noch onder dat van gemaakte veranderingen of bijvoegselen, die niet in het b. be grepen zijn, indien die veranderingen of begrootin gen niet schriftelijk zijn ingewilligd, en over den prijs met den eigenaar geene overeenkomst is ge troffen.
