Bathybius

betekenis & definitie

Bathybius. In 1857 werd in den Atl. Oceaan, uit eene diepte van 4-8000 M. opgehaald eene slijmige massa, in welke geen structuur was waartenemen, maar die „groeide”, geringe bewegingen uitvoerde en ten slotte zich „voortplantte” door stukken af te snoeren. Huxley meende hierin te moeten zien een soort van oerslijm, den eenvoudigsten vorm van het leven, die den bodem van de zee zou bedekken en uit welken alle organismen zouden zijn ontstaan; hij noemde deze massa „Bathybius haeckeli”. Over de waarde van dezen B. is veel strijd gevoerd tusschen aanhangers en tegenstanders van Huxley. Later is echter gebleken, dat hier geen sprake is van een eenvoudige levende stof; de analyse maakte uit, dat er zich slechts 3% eiwit in bevindt; de rest bestaat uit kiezelzure zouten en sulfaten. Voegt men bij zeewater sterken alkohol, dan slaat eene stof neder, die voornamelijk uit calciumsulfaat bestaat en er uitziet als B. Tegenwoordig ziet men dan ook in B. een kunstproduct, door neerslag in zeewater ontstaan.