Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Banjo

betekenis & definitie

Banjo - Tokkelinstrument der negers in N.-Amerika; samenvoeging van gitaar en trommel. Van 5 tot 9 snaren liggen op een langen hals en loopen onder aan ’t instrument over een gespannen tromvel, waardoor de resonans aanmerkelijk versterkt wordt. Het instrument heeft niet de minste kunstwaarde.

< >