Anathēma (gr.) - het aan de goden toegewijde geschenk (vaatwerk, wapenen, kleederen, standbeelden enz.); ook het gewijde gebouw zelf, en in ’t algem. sieraad. In het latere Grieksch wordt het als anathĕma gebezigd voor wie aan de onderaardsche góden was toegewijd. Zie SACER ESTO.
Zoo komt het in de LXX voor bij den ban. In het N.T. is het vervloeking of vervloekte, vooral in den term: anathĕma esto, hij zij vervloekt, 1 Kor. 16: 22, Gal. 1: 8.