Amaril - het uit amaril-gesteente afgescheiden, voornamelijk uit grijszwarte korrels van korund en magnetiet bestaande slijppoeder; door zeving en slibbing scheidt men het vergruisde gesteente in meer dan 30 korrelgrootten. De grovere soorten worden hetzij los, hetzij in den vorm van schuurpapier gebruikt voor het slijpen, de fijnere voor het polijsten van glas, marmer en andere siersteenen, metalen, hout, enz. Het grootste gedeelte van het a. wordt na de sorteering tot steenen gevormd, hetzij door samenkitting onder grooten druk met stoffen als cement, eboniet, enz.; hetzij onder aanwending van een matige warmte met behulp van waterglas, hetzij bij hooge temperatuur met porceleinaarde.
Een gedeelte van het a. uit den handel draagt zijn naam ten onrechte en is een mengsel van granaat en kwarts met veel geringer slijpvermogen. Beiersche a. is granaat.