Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Akkermaalshout

betekenis & definitie

Akkermaalshout - De eik wordt vaak geëxploiteerd als hakhout en komt dan voor als zoogenaamde heggen langs bouwland (vandaar de naam, die oorspr. bet. hout, dat aan de grens van den akker staat) of in meer of minder uitgestrekte boschperceelen. De aanleg vindt meestal plaats door in den diep bewerkten grond zoogenaamd duimstek te planten. De afstand, waarop wordt geplant, bedraagt gewoonlijk 1 Meter. Het hout wordt de eerste maal in den regel na ongeveer 5 jaren gehakt, later meestal op ± 10—12-jarigen leeftijd, soms ook jonger.

In het laatste geval wordt de stand ook wel dichter dan 1 Meter genomen en wordt het hout niet voor de schors geëxploiteerd, doch voor erwtenrijs en brandhout. Bij veiling op ouderen leeftijd worden goed groeiende eikenhakhoutbosschen gehakt in het voorjaar, als de bast gemakkelijk loslaat. De behandeling van a. bestaat uit het inboeten der door afsterven van struiken open gevallen plaatsen en het omplaggen of behakken van den grond in het jaar na de veiling. Een paar jaren vóór het vellen gaat men het bosch wel rijen, d.w.z. door uitdunning en snoeiïng worden de kwijnende en onderdrukte loten verwijderd. De hak geschiedt zoo dicht mogelijk bij den grond.

< >