Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-06-2020

zonnesteek

betekenis & definitie

m. (-steken), (juister: warmtestuwing), ziektetoestand, voorkomend bij mensen en dieren die aan grote hitte zijn blootgesteld, en waarbij de normale temperatuurregulatie te kort schiet.

(e) Zonnesteek komt vooral voor in de tropen, maar is ook bekend bij stokers en anderen die blootgesteld zijn aan grote, niet direct van de zon afkomstige hitte. Grote vochtigheid van de atmosfeer en een slechte functie van het hart zijn begunstigende factoren. Ook kan het zijn dat er wel voldoende zweet wordt gevormd, maar dat te dikke kleding verdamping verhindert. Vaak worden dan ook bejaarden getroffen (zwak hart, gering vermogen tot zweten, te dikke kleding). Aanvankelijk gaat een zonnesteek gepaard met excessief zweten, dat leidt tot zoutverlies en daardoor tot hoofdpijn, vermoeidheid en pijnlijke spierkrampen. De bloedsamenstelling verandert en een toestand lijkend op shock ontstaat.

Later is het hele temperatuurregulatiemechanisme gestoord, de lichaamstemperatuur loopt op, de zweetafscheiding stopt en delirium en/of coma treden in. In licht verlopende gevallen ziet men alleen wisselend hevige hoofdpijn, zweten, krampen, prikkelbaarheid en vermoeidheid. Zijn bewusteloosheid, verhoging van lichaamstemperatuur en opgehouden zweetafscheiding eenmaal opgetreden, dan is de prognose zeer ongunstig. De behandeling bestaat uit afkoelen, dus uitkleden en veel water over het lichaam laten lopen, zo koud mogelijk, en het toedienen van zout, desnoods via een neussonde in de maag of direct in de bloedbaan.

< >