Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-06-2020

Zeebrugge

betekenis & definitie

Belg. zeehaven op het grondgebied van de gemeente Brugge. Om Brugge een directe verbinding met de Noordzee te geven werd van 1896—1907 het Kanaal Brugge-Zeebrugge gegraven (12 km lang, 70 m breed, 8 m diep); wordt thans →Boudewijnkanaal genoemd.

De maatschappij van Brugse Zeevaartinrichtingen NV (MBZ), beheert dit kanaal, de binnenhaven te Brugge en de vooren achterhaven van Zeebrugge. Tot de jaren zestig had Zeebrugge alleen belang als vissershaven, petroleumhaven en aanleghaven voor de veerboten naar Groot-Brittannië. Dankzij een nieuwe containerhaven, de bouw van een nieuwe zeesluis en de uitbreiding van het havenen industriegebied tot 1000 km2, groeide Zeebrugge in de jaren zeventig uit tot een haven van nationaal belang. De uitbreiding en industrialisering van het havengebied werden echter vertraagd door het verzet van Antwerpen, dat een te sterke concurrentie vreest, en door de protestacties van groepen die vrezen voor schadelijke gevolgen voor toerisme en natuurlijk milieu. In 1976 besloot de regering echter de uitbreiding van de haven door te zetten. Het groeiend belang van Zeebrugge als zeehaven blijkt uit de enorme toename van het goederenvervoer in de periode 1976—78 (van 2,1 mln. t tot 13,5 mln. t). Bovendien is Zeebrugge sinds 1975 als vissershaven belangrijker dan Oostende.

< >