Middelhoogduits heldendicht in strofen, spelend in de Merovingische sagenwereld rond Wolfdietrich, de Zoon van Hugdietrich (Chlodwig). Wolfdietrich wordt na de dood van zijn vader door zijn broer onterfd en verdreven, maar door de trouwe hulp van een vazal huwt hij de weduwe van Ortnit, herovert zijn erfdeel en wreekt zich op zijn vijanden.
Naar een vermoedelijke Ur-Wolfdietrich (ca. 1215) zijn vier versies bekend: een Oostfrankische (ca. 1230), één met een uitgebreide voorgeschiedenis (ca. 1250), één uit de 2e helft 13e eeuw, die zich onderscheidt door hoofse stilering, en een grote versie uit ca. 1300 die een samenvatting geeft van de andere versies met de stof rond de sagenheld Ortnit. Uitgave: Die Gedichte und die Sage von Wolfdietrich, door H. Schneider (1913; 2e dr. 1968).