Ned. schrijver, *12.2.1931 Rotterdam. Van de Wetering bezocht enige tijd Nijenrode om in de diplomatieke dienst te gaan, maar een erfenis stelde hem in staat te reizen.
Hij woonde o.m. twee jaar in een zenklooster in Kioto (Japan). Over zijn ervaringen daar schreef hij De lege spiegel (1971) en Het dagende niets (1973). In Nederland was hij ‘vrijwillig’ agent van de Amsterdamse Gemeentepolitie, waarna hij zich in 1975 in de VS vestigde. Van de Wetering schrijft politieromans met een licht filosofische inslag over het Ned. duo Grijpstra en De Gier. Werken: Het lijk in de Haarlemmerhouttuinen (1975), Buitelkruid (1976), De gelaarsde kater (1976), De dood van een marktkoopman (1977), Een dode uit het Oosten (1977), En samen kwamen ze heel ver (1977; kinderboek), De blonde baviaan (1978), Het werkbezoek (1979).