o. (-s), lager bestaande uit een krans van rollichamen die tussen twee ringen met geslepen loopbanen rollen en dat geschikt is voor het overbrengen van axiale of radiale krachten, of combinaties ervan.
Een wentellager dient ter ondersteuning van draaiende machinedelen en om de daarbij optredende belastingen en krachten op te nemen en door te geven. Elk van de ringen is bevestigd aan een vast, dan wel roterend machinedeel. Draaien ze ten opzichte van elkaar, dan wentelen de rollichamen om hun eigen as. De lagerkooi houdt de rollichamen op afstand van elkaar. Omdat het contact puntof lijnvormig is, zijn de optredende spanningen groot. Er wordt staal met grote hardheid en taaiheid toegepast.
De ringen kunnen uit stofof pijpmateriaal gedraaid (kleine maten), of gesmeed of geperst en vervolgens gehard, ontlaten, geslepen en de loopbanen gepolijst worden. Lagers worden gemaakt in miniatuuruitvoering (afb. miniaturisatie) tot zeer groot, b.v. axiale draaikrans met een middellijn van ca. 20 m. De lagers worden gesmeerd met vet of olie.
Wentellagers kunnen onderscheiden worden naar
1. de vorm van de rollichamen: kogellagers en rollagers, de laatste onderverdeeld in naaldlagers, cilinderlagers, kegellagers en tonlagers;
2. het aantal rijen rollichamen: éénen tweerijig;
3. de belastingsrichting ten opzichte van de draaiingsas: axiaallagers en radiaallagers.
De voordelen van een wentellager ten opzichte van een glijlager zijn: de geringe wrijving, ook bij het aanlopen; het grote draagvermogen; de geringe slijtage; de ongevoeligheid voor toerentalvariaties en wisselende belastingen; het geringe onderhoud.