v. (-en), de grens tussen twee stroomgebieden.
Waterscheidingen worden in het algemeen gevormd door heuvelruggen en gebergteketens, door de naar weerszijden gerichte afwatering. Toch zijn er rivieren, die op de tegenoverliggende zijde van een ketengebergte ontstaan en het gebergte doorbreken (b.v. de Olt). Door de eroderende werking van een rivier kan de waterscheiding worden verlegd en tenslotte doorsneden, waardoor een rivier verbinding krijgt met een ander stroomgebied.