Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Vree, paul de

betekenis & definitie

Vlaams schrijver, *13.11.1909 Antwerpen. De Vree debuteerde in de Tijdstroom (1930—34) en Vormen (1936-40), de tijdschriften van de nieuwere klassieke richting.

Deze richtten zich in de periode tussen de wereldoorlogen tegen de excessen van het expressionisme. Na 1950 ontpopte hij zich als strijdbaar modernist en avantgardist, o.a. in het tijdschrift De Tafelronde (1953), waar hij als redacteur jonge talenten steunde. Zijn concrete, d.w.z. fonetische, grafische of audiovisuele poëzie publiceerde hij in Zimprovisaties (1968) en Poëzieën (1971). Werken: poëzie: Verzen en kwatrijnen (1935), Atmosfeer (1939), Terra firma (1944), Tussen twijfel en traan (1950), Grondbeeldig (1960), Verbaal gelaat (1970); essays: Hedendaagsche Vlaamsche romanciers en novellisten (1935), M. Gilliams (1947), Schets der sociale achtergronden van de hedendaagse Vlaamse roman (1951), Throw in (1959), Poëzie infusie (1968); romans: Een kringloop (1938), Buiten de oevers (1969). Uitgave; Proza 193872 (1975).

< >