m. (-s), zaak die iets versnelt; m.n. toestel om geladen elementaire deeltjes of ionen te versnellen, versnellingsmachine.
Versnellers worden gebruikt om geladen deeltjes te versnellen tot energieën van meer dan 400 mrd. elektronvolt (400 GeV). Deze snelle deeltjes worden gebruikt voor de studie van allerlei kernreacties en van elementaire deeltjes. Met elektrostatische generatoren (b.v. de Vandegraaff-generator), zijn maximaal energieën van 30—40 MeV bereikbaar voor protonen. Veel verder kan men komen met de lineaire versneller. De 20 GeV lineaire versneller te Stanford (VS) is 3 km lang; een 500 GeV versneller zou ongeveer 75 km lang moeten worden. De problemen wat betreft constructie en vermogen worden dan enorm.
Daarom is het verstandiger de te versnellen deeltjes in cirkelvormige banen te laten lopen en ze daarbij voortdurend te versnellen. Dit principe wordt toegepast in het (ouderwetse) cyclotron en in het synchrotron.
